Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Een verzadigde [13]ziel [14]vertreedt [15]het honigzeem; maar aan een hongerige ziel is alle bitter zoet. 13. Dat is, een mens, of persoon. Alzo in het volgende. Zie Gen.12:5, en de aantekening. Of versta, den lust, dien de mens tot de spijs heeft; gelijk Ezech.7:19; zie de aantekening. 14. Dat is, veracht, heeft een aftrek, afkeer en walg daarvan. 15. Versta onder dezen naam alle aangename, lekkere en heerlijke spijs. Vergelijk boven hfdst.24 vs.13.